Data Domain Virtual Edition die wordt uitgevoerd op Azure heeft een systeemschijf die niet voor het besturingssysteem of NVRAM is

Data Domain Virtual Edition (DDVE) die wordt uitgevoerd op Microsoft Azure vereist de volgende storage om te werken (opmerking: details kunnen veranderen in latere DDOS-versies):

• Eén 250 GiB standard HDD of Premium SSD root-schijf, voor het DDVE- en DDOS-besturingssysteem
• Eén 10 GiB standaard HDD- of Premium SSD NVRAM-schijf
• Zo veel als nodig 1 TiB of 2 TiB Standard HDD of Premium SSD voor lokale back-upmetadata

Wanneer u echter de gegevens van de DDVE-storage in de CLI of de gebruikersinterface bekijkt, kunnen gebruikers de aanwezigheid van een extra schijf zien die niet het besturingssysteem, het NVRAM of een van de lokale metadataschijven is die ze hebben toegevoegd. Bijvoorbeeld:

Disk   Slot        Manufacturer/Model         Firmware   Serial No.   Capacity    Type
       (pci/idx)
----   ---------   ------------------------   --------   ----------   ---------   ----
dev1   2:0         Msft    Virtual_Disk       n/a        (unknown)    250.0 GiB   SAS  

In de bovenstaande instantie gebruikt de DDVE de 600.0 GiB-schijf niet. Het is niet voor het besturingssysteem, het NVRAM of de storage voor lokale metadataback-ups.

Azure voegt deze schijf toe bij het maken van een nieuwe VM. Voor de meeste VM-typen heeft Azure een aanbieding, inclusief de VM-typen die worden gebruikt bij het implementeren van DDVE vanaf de markt.

Voor DDOS 7.11 wordt bijvoorbeeld een "Standard_D16ds_v5"-type Azure VM gebruikt voor implementatie als u een DDVE met maximaal 96 TiB storagecapaciteit maakt. Meer informatie over storagevereisten vindt u in de "Dell PowerProtect DDVE in de Azure Cloud 7.11 Installatie- en beheerhandleiding". Hieronder ziet u de tabel uit de handleiding die de VM-resources beschrijft:
 
Zoals in de bovenstaande tabel wordt weergegeven, voegt Azure voor het VM-type dat wordt gebruikt voor het installeren van DDVE een "Temp storage (SSD)" van 600 GiB toe aan de DDVE VM, zelfs als DDVE er geen gebruik voor heeft.
 

From the Microsoft Azure documentation:

   Temporary disk

   Most VMs contain a temporary disk, which is not a managed disk.

   The temporary disk provides short-term storage for applications and processes, and is intended to only store data such as page files, swap files, or SQL Server tempdb.

   Data on the temporary disk may be lost during a maintenance event or when you redeploy a VM. 

   During a successful standard reboot of the VM, data on the temporary disk will persist.

   For more information about VMs without temporary disks, see Azure VM sizes with no local temporary disk.

Er is geen actie vereist aan de Data Domain DDVE-kant. De extra schijf kan worden genegeerd. Het wordt helemaal niet gebruikt door DDOS.

De schijf wordt toegevoegd als integraal onderdeel van het Azure VM-type dat wordt gebruikt door DDVE en mag niet worden gewijzigd, gewijzigd of verwijderd.

De Microsoft Azure cloudprovider doet dit zelf en daarom raden we u aan contact op te nemen met Microsoft Azure Support voor meer informatie.