Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen op de B5460dn / B5465dnf Dell laserprinter
Summary: Handleiding voor het oplossen van problemen met de afdrukkwaliteit van de B5460dn / B5465dnf Dell laserprinter.
Symptoms
Inhoudsopgave:
- Tekens hebben gekartelde of ongelijke randen
- Afgekapte pagina's of afbeeldingen
- Printer drukt lege pagina's af
- Gecomprimeerde afbeeldingen worden weergegeven op afdrukken
- Op afdrukken verschijnen schaduwbeelden
- Grijze achtergrond op afdrukken
- Onjuiste marges op afdrukken
- Op afdrukken verschijnen horizontale lege plekken
- Gekruld papier
- Onregelmatige afdrukken
- Op afdrukken verschijnen herhaalde defecten
- Afdruk is te donker
- Afdruk is te licht
- Printer drukt volledig zwarte pagina's af
- Scheve afdruk
- De afdrukkwaliteit van transparantie is matig
- Op afdrukken verschijnen gestreepte horizontale lijnen
- Op afdrukken verschijnen gestreepte verticale lijnen
- Op afdrukken verschijnen tonervlekken
- Op afdrukken verschijnt tonermist of achtergrondarcering
- Op afdrukken verschijnen verticale lege plekken
- Toner kan worden weggewreven
- Ongelijke afdrukdichtheid
Dit artikel bevat informatie over het oplossen van problemen met de afdrukkwaliteit van de Dell B5460dn / B5465dnf Dell laserprinter.
1. Tekens hebben gekartelde of ongelijke randen

- Druk een lettertypevoorbeeldlijst af om te controleren of de lettertypen die u gebruikt, door de printer worden ondersteund.
- Ga via het bedieningspaneel van de printer naar: Menu, rapporten, lettertypen afdrukken.
- Tik op PCL-lettertypen of PostScript-lettertypen.
- Gebruik een lettertype dat door de printer wordt ondersteund of installeer het lettertype dat u wilt gebruiken. Neem voor meer informatie contact op met uw systeembeheerder.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de afdrukken nog steeds tekens bevatten met gekartelde of ongelijke randen, gebruikt u een lettertype dat door de printer wordt ondersteund of installeert u het lettertype dat u wilt gebruiken op uw computer. Neem voor meer informatie contact op met uw systeembeheerder.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
2. Afgekapte pagina's of afbeeldingen

- Verplaats de breedte- en lengtegeleiders in de lade naar de juiste posities voor het geladen papier.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de pagina of afbeelding nog steeds is afgeknipt, Stel in het bedieningspaneel van de printer het papierformaat en de papiersoort in het menu Papier in, zodat deze overeenkomen met het papier dat in de lade is geplaatst.
- Komen het papierformaat en de papiersoort overeen met het papier dat in de lade is geplaatst?
- Afhankelijk van uw besturingssysteem, geeft u het papierformaat op in de Voorkeursinstellingen voor afdrukken of vanuit het dialoogvenster Afdrukken.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de pagina of afbeelding nog steeds is afgeknipt, installeert u de beeldeenheid opnieuw.
- Verwijder de tonercartridge.
- Verwijder de imagingeenheid.
Kennisgeving: Mogelijke schade: Stel de beeldeenheid niet langer dan 10 minuten bloot aan direct licht. Een langere blootstelling aan licht kan leiden tot problemen met de afdrukkwaliteit.
- Plaats de imagingeenheid en daarna de cartridge.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
3. Printer drukt lege pagina's af

- Controleer of er verpakkingsmateriaal op de imagingeenheid achterblijft.
- Verwijder de tonercartridge en vervolgens de beeldeenheid.
- Controleer of het verpakkingsmateriaal correct is verwijderd van de imagingeenheid.
Opmerking: Mogelijke schade: Stel de beeldeenheid niet langer dan 10 minuten bloot aan direct licht. Een langere blootstelling aan licht kan leiden tot problemen met de afdrukkwaliteit.
- Plaats de imagingeenheid opnieuw en daarna de cartridge.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de pagina's nog leeg zijn, verdeel dan de toner opnieuw over de beeldverwerkingseenheid.
- Verwijder de tonercartridge en vervolgens de beeldeenheid.
- Schud de imagingeenheid flink.
Kennisgeving: Mogelijke schade: Stel de beeldeenheid niet langer dan 10 minuten bloot aan direct licht. Een langere blootstelling aan licht kan leiden tot problemen met de afdrukkwaliteit.
- Plaats de imagingeenheid opnieuw en daarna de cartridge.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de pagina's nog leeg zijn, vervangt u de beeldverwerkingseenheid en verzendt u de afdruktaak opnieuw.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
4. Gecomprimeerde afbeeldingen worden weergegeven op afdrukken
- Zorg ervoor dat het formaat van het papier dat in de lade is geplaatst, overeenkomt met het type fuser.
Opmerking: Gebruik een fuser van 110 volt voor afdrukken op papier van Letter-formaat en een fuser van 220 volt voor afdrukken op papier van A4-formaat.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de gecomprimeerde afbeeldingen nog steeds worden weergegeven, vervangt u de fuser.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
5. Op afdrukken verschijnen schaduwbeelden

- Laad het papier met het juiste papiertype en gewicht in de lade.
- Via het bedieningspaneel van de printer stelt u het papiertype en het gewicht in het menu Paper in op het papier dat in de lade is geladen.
- Afhankelijk van uw besturingssysteem, geeft u het papiertype en -gewicht op in de Voorkeursinstellingen voor afdrukken of vanuit het dialoogvenster Afdrukken.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als er nog steeds schaduwafbeeldingen op afdrukken verschijnen, vervangt u de beeldverwerkingseenheid en verzendt u de afdruktaak opnieuw.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
6. Grijze achtergrond op afdrukken

- In het menu Quality van het bedieningspaneel van de printer, verlaagt u de Toner Darkness.
Opmerking: 8 is de standaardinstelling.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de grijze achtergrond niet is verdwenen van de afdrukken, installeert u de beeldeenheid en de tonercartridge opnieuw.
- Verwijder de tonercartridge.
- Verwijder de imagingeenheid.
Kennisgeving: Mogelijke schade: Stel de beeldeenheid niet langer dan 10 minuten bloot aan direct licht. Een langere blootstelling aan licht kan leiden tot problemen met de afdrukkwaliteit.
- Plaats de imagingeenheid en daarna de cartridge.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de grijze achtergrond niet uit de afdrukken is verdwenen, vervangt u de beeldverwerkingseenheid en verzendt u de afdruktaak opnieuw.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
7. Onjuiste marges op afdrukken


- Verplaats de breedte- en lengtegeleiders in de lade naar de juiste posities voor het geladen papierformaat.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Via het bedieningspaneel van de printer stelt u het papierformaat in het menu Paper in zodat het overeenkomt met het papier dat in de lade is geplaatst. Komt het papierformaat overeen met het papier dat in de lade is geplaatst?
- Afhankelijk van uw besturingssysteem, geeft u het papierformaat op in de Voorkeursinstellingen voor afdrukken of vanuit het dialoogvenster Afdrukken.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
8. Op afdrukken verschijnen horizontale lege plekken

- Zorg ervoor dat uw softwareprogramma een correct opvulpatroon gebruikt.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de horizontale holtes nog steeds worden weergegeven op afdrukken, vult u de aangegeven lade of invoer met een aanbevolen papiersoort.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de horizontale holtes nog steeds op afdrukken verschijnen, verdeel de toner dan opnieuw in de beeldverwerkingseenheid.
- Verwijder de tonercartridge en vervolgens de beeldeenheid.
- Schud de imagingeenheid flink.
Kennisgeving: Mogelijke schade: Stel de beeldeenheid niet langer dan 10 minuten bloot aan direct licht. Een langere blootstelling aan licht kan leiden tot problemen met de afdrukkwaliteit.
- Plaats de imagingeenheid opnieuw en daarna de cartridge.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de horizontale holtes nog steeds op afdrukken verschijnen, vervangt u de beeldvormingseenheid en verzendt u de afdruktaak opnieuw.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
9. Gekruld papier
- Verplaats de breedte- en lengtegeleiders in de lade naar de juiste posities voor het geladen papierformaat.
- Als de geleiders voor breedte en lengte correct zijn geplaatst, stelt u vanaf het bedieningspaneel van de printer de papiersoort en het papiergewicht in het menu Papier in, zodat deze overeenkomen met het papier dat in de lade is geplaatst.
- Als de papiersoort en het papiergewicht overeenkomen met de papiersoort en het gewicht van het papier in de lade, kunt u, afhankelijk van uw besturingssysteem, de papiersoort en het papiergewicht opgeven in Voorkeursinstellingen voor afdrukken of in het dialoogvenster Afdrukken.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als het papier nog steeds gekruld is, haalt u het papier uit de lade en draait u het om.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als het papier nog steeds is gekruld, plaatst u papier uit een nieuwe verpakking.
Opmerking: Papier neemt vocht op bij een hoge luchtvochtigheid. Bewaar papier in de originele verpakking totdat u het gebruikt.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
10. Onregelmatige afdrukken

- Verplaats de breedte- en lengtegeleiders in de lade naar de juiste posities voor het papierformaat dat in de lade is geladen.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de onregelmatigheden in de afdruk zich blijven voordoen, stelt u in het bedieningspaneel van de printer het papierformaat en de papiersoort in het menu Papier in, zodat deze overeenkomen met het papier dat in de lade is geplaatst.
- Als de printerinstellingen overeenkomen met het type en het gewicht van het papier dat in de lade is geplaatst, kunt u, afhankelijk van uw besturingssysteem, de papiersoort en het papiergewicht opgeven in Voorkeursinstellingen voor afdrukken of in het dialoogvenster Afdrukken.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de onregelmatigheden in de afdruk nog steeds zichtbaar zijn, controleer dan of het papier dat in de lade is geplaatst textuur of ruwe afwerking heeft.
- Als u afdrukt op gestructureerd of ruw papier, stelt u vanaf het bedieningspaneel van de printer de papiertextuur in het menu Papier in, zodat deze overeenkomt met het papier dat in de lade is geplaatst.
- Laad papier uit een vers pak.
Opmerking: Papier neemt vocht op bij een hoge luchtvochtigheid. Bewaar papier in de originele verpakking totdat u het gebruikt.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de onregelmatigheden in het afdrukken zich blijven voordoen, vervangt u de beeldverwerkingseenheid en verzendt u de afdruktaak opnieuw.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
11. Op afdrukken verschijnen herhaalde defecten

- Vervang de beeldeenheid als de afstand tussen de defecten gelijk is aan een van de volgende:
- 47,8 mm (1,88 inch)
- 96,8 mm (3,81 inch)
- 28,5 mm (1,12 inch)
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de herhalende defecten nog steeds op afdrukken verschijnen, vervang dan de fuser als de afstand tussen de defecten gelijk is aan een van de volgende:
- 94,25 mm (3,71 inch)
- 95,2 mm (3,75 inch)
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
12. Afdruk is te donker

- In het menu Quality van het bedieningspaneel van de printer, verlaagt u de Toner Darkness.
Opmerking: 8 is de standaardinstelling.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de afdruk nog steeds te donker is, stelt u in het bedieningspaneel van de printer de papiersoort, de textuur en het gewicht in het menu Papier in, zodat deze overeenkomen met het papier dat in de lade is geplaatst.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Controleer of de lade is ingesteld op het type, de textuur en het gewicht van het geplaatste papier. Afhankelijk van uw besturingssysteem kunt u de papiersoort, de textuur en het gewicht opgeven in Voorkeursinstellingen voor afdrukken of in het dialoogvenster Afdrukken.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de afdruk nog steeds te donker is, controleer dan of het papier dat in de lade is geplaatst textuur of ruwe afwerking heeft.
- Wanneer u afdrukt op gestructureerd of ruw papier, wijzigt u op het bedieningspaneel van de printer de textuurinstellingen in het menu Papierstructuur, zodat deze overeenkomen met het papier waarop u afdrukt.
- Laad papier uit een vers pak.
Opmerking: Papier neemt vocht op bij een hoge luchtvochtigheid. Bewaar papier in de originele verpakking totdat u het gebruikt.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de afdruk nog steeds te donker is, vervangt u de beeldverwerkingseenheid en verzendt u de afdruktaak opnieuw.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
13. Afdruk is te licht

- In het menu Quality van het bedieningspaneel van de printer, verhoogt u de Toner Darkness.
Opmerking: 8 is de standaardinstelling.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de afdruk nog steeds te licht is, stelt u in het bedieningspaneel van de printer de papiersoort, de textuur en het gewicht in het menu Papier in, zodat deze overeenkomen met het papier dat in de lade is geplaatst.
- Als de lade niet is ingesteld op het type, de textuur en het gewicht van het geplaatste papier, wijzigt u de papiersoort, de textuur en het gewicht zodat deze overeenkomen met het papier dat in de lade is geplaatst.
- Afhankelijk van uw besturingssysteem, specificeert u het papiertype, de textuur en het gewicht in de Voorkeursinstellingen voor afdrukken of vanuit het dialoogvenster Afdrukken.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de afdruk nog steeds te licht is, plaatst u papier uit een nieuwe verpakking.
Opmerking: Papier neemt vocht op bij een hoge luchtvochtigheid. Bewaar papier in de originele verpakking totdat u het gebruikt.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de afdruk nog steeds te licht is, verdeel dan de toner opnieuw in de beeldverwerkingseenheid.
- Verwijder de tonercartridge en vervolgens de beeldeenheid.
- Schud de imagingeenheid flink.
Kennisgeving: Mogelijke schade: Stel de beeldeenheid niet langer dan 10 minuten bloot aan direct licht. Een langere blootstelling aan licht kan leiden tot problemen met de afdrukkwaliteit.
- Stil de beeldverwerkingseenheid en vervolgens de cartridge.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de afdruk nog steeds vaag is, volgt u de reinigingsinstructies in Een zwakke afdruk oplossen op B5460dn / B5465dn / B3450dn / 3465dn Dell laserprinters
- Als de afdruk nog steeds te licht is, vervangt u de beeldverwerkingseenheid en verzendt u de afdruktaak opnieuw.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
14. Printer drukt volledig zwarte pagina's af

- Plaats de imagingeenheid opnieuw.
- Verwijder de tonercartridge en vervolgens de beeldeenheid.
Kennisgeving: Mogelijke schade: Stel de beeldeenheid niet langer dan 10 minuten bloot aan direct licht. Een langere blootstelling aan licht kan leiden tot problemen met de afdrukkwaliteit.
- Plaats de imagingeenheid en daarna de cartridge.
- Verwijder de tonercartridge en vervolgens de beeldeenheid.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de printer nog steeds ononderbroken zwarte pagina's afdrukt, vervangt u de beeldverwerkingseenheid en verzendt u de afdruktaak opnieuw.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
15. Scheve afdruk

- Verplaats de breedte- en lengtegeleiders in de lade naar de juiste posities voor het geladen papierformaat.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de afdruk nog steeds scheef is, controleert u of u afdrukt op papier dat door de lade wordt ondersteund.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
16. De afdrukkwaliteit van transparantie is matig
- Stel in het bedieningspaneel van de printer de papiersoort in het menu Papier in op Transparantie.
- Controleer of u een aanbevolen transparantietype gebruikt.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
17. Op afdrukken verschijnen gestreepte horizontale lijnen

- Afhankelijk van uw besturingssysteem, geeft u de lade of feeder op in de Voorkeursinstellingen voor afdrukken of het dialoogvenster Afdrukken.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de gestreepte horizontale lijnen nog steeds op afdrukken worden weergegeven, stelt u in het bedieningspaneel van de printer de papiersoort en het papiergewicht in het menu Papier in, zodat deze overeenkomen met het papier dat in de lade is geplaatst.
- Wijzig de papiersoort en het papiergewicht, zodat deze overeenkomen met het papier dat in de lade is geplaatst.
- Laad papier uit een vers pak.
Opmerking: Papier neemt vocht op bij een hoge luchtvochtigheid. Bewaar papier in de originele verpakking totdat u het gebruikt.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de gestreepte horizontale lijnen nog steeds op afdrukken verschijnen, installeert u de beeldeenheid opnieuw.
- Verwijder de tonercartridge en vervolgens de beeldeenheid.
Kennisgeving: Mogelijke schade: Stel de beeldeenheid niet langer dan 10 minuten bloot aan direct licht. Een langere blootstelling aan licht kan leiden tot problemen met de afdrukkwaliteit.
- Plaats de imagingeenheid en daarna de cartridge.
- Verwijder de tonercartridge en vervolgens de beeldeenheid.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de gestreepte horizontale lijnen nog steeds worden weergegeven op afdrukken, vervangt u de beeldverwerkingseenheid en verzendt u de afdruktaak opnieuw.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
18. Op afdrukken verschijnen gestreepte verticale lijnen

- Afhankelijk van uw besturingssysteem, specificeert u het papiertype, de textuur en het gewicht in de Voorkeursinstellingen voor afdrukken of vanuit het dialoogvenster Afdrukken.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de gestreepte verticale lijnen nog steeds worden weergegeven op afdrukken, stelt u in het bedieningspaneel van de printer de textuur, de soort en het gewicht van het papier in het menu Papier in, zodat deze overeenkomen met het papier dat in de lade is geplaatst.
- Zorg ervoor dat de textuur, de papiersoort en het gewicht in de voorkeursinstellingen voor afdrukken overeenkomen met het papier in de lade.
- Laad papier uit een vers pak.
Opmerking: Papier neemt vocht op bij een hoge luchtvochtigheid. Bewaar papier in de originele verpakking totdat u het gebruikt.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de gestreepte verticale lijnen nog steeds op afdrukken verschijnen, installeert u de beeldverwerkingseenheid opnieuw.
- Verwijder de tonercartridge en vervolgens de beeldeenheid.
Kennisgeving: Mogelijke schade: Stel de beeldeenheid niet langer dan 10 minuten bloot aan direct licht. Een langere blootstelling aan licht kan leiden tot problemen met de afdrukkwaliteit.
- Plaats de imagingeenheid en daarna de cartridge.
- Verwijder de tonercartridge en vervolgens de beeldeenheid.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de gestreepte horizontale lijnen nog steeds worden weergegeven op afdrukken, vervangt u de beeldverwerkingseenheid en verzendt u de afdruktaak opnieuw.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
19. Op afdrukken verschijnen tonervlekken
- Vervang de beeldverwerkingseenheid en verzend de afdruktaak opnieuw.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
20. Op afdrukken verschijnt tonermist of achtergrondarcering

- Plaats de imagingeenheid opnieuw.
- Verwijder de tonercartridge en vervolgens de beeldeenheid.
Kennisgeving: Mogelijke schade: Stel de beeldeenheid niet langer dan 10 minuten bloot aan direct licht. Een langere blootstelling aan licht kan leiden tot problemen met de afdrukkwaliteit.
- Plaats de imagingeenheid en daarna de cartridge.
- Verwijder de tonercartridge en vervolgens de beeldeenheid.
- Als de mist of arcering nog steeds op afdrukken verschijnt, vervangt u de beeldverwerkingseenheid en verzendt u de afdruktaak opnieuw.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
21. Op afdrukken verschijnen verticale lege plekken

- Zorg ervoor dat uw softwareprogramma een correct opvulpatroon gebruikt.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Via het bedieningspaneel van de printer stelt u het papiertype en het gewicht in het menu Paper in op het papier dat in de lade is geladen.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de verticale holtes nog steeds op afdrukken verschijnen, controleer dan of u een aanbevolen papiersoort gebruikt.
- Laad de opgegeven lade of feeder met een aanbevolen papiertype.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de verticale holtes nog steeds zichtbaar zijn op afdrukken, verdeel de toner dan opnieuw in de beeldverwerkingseenheid.
- Verwijder de tonercartridge en vervolgens de beeldeenheid.
- Schud de imagingeenheid flink.
Opmerking: Mogelijke schade: Stel de beeldeenheid niet langer dan 10 minuten bloot aan direct licht. Een langere blootstelling aan licht kan leiden tot problemen met de afdrukkwaliteit.
- Plaats de imagingeenheid en daarna de cartridge.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Als de afdruk nog steeds vaag is, volgt u de reinigingsinstructies in Een zwakke afdruk oplossen op B5460dn / B5465dn / B3450dn / 3465dn Dell laserprinters
- Als de verticale holtes nog steeds zichtbaar zijn op afdrukken, vervangt u de beeldverwerkingseenheid en verzendt u de afdruktaak opnieuw.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
22. Toner kan worden weggewreven

- Controleer in het menu Papier op het bedieningspaneel van de printer de papiersoort en het papiergewicht.
- Geef de papiersoort en het papiergewicht op in de lade-instellingen, zodat deze overeenkomen met het papier dat in de lade is geplaatst.
- Controleer of u afdrukt op papier met textuur of ruwe afwerkingen.
- Stel in het menu Papier op het bedieningspaneel van de printer de papiertextuur in.
- Verzend de afdruktaak opnieuw.
- Test met een andere toner.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
23. Ongelijke afdrukdichtheid

- Vervang de beeldverwerkingseenheid en verzend de afdruktaak opnieuw.
- Verwijder de tonercartridge en vervolgens de beeldeenheid.
Kennisgeving: Mogelijke schade: Stel de beeldeenheid niet langer dan 10 minuten bloot aan direct licht. Een langere blootstelling aan licht kan leiden tot problemen met de afdrukkwaliteit.
- Plaats de imagingeenheid en daarna de cartridge.
- Verwijder de tonercartridge en vervolgens de beeldeenheid.
Meer informatie vindt u in de B5460dn gebruikershandleiding of de B5465dnf gebruikershandleiding.
Als met deze stappen het probleem niet wordt opgelost, neemt u contact op met Dell Technische Support.
Cause
-
Resolution
-